In 1122 werd de Kromme Rijn bij Wijk bij Duurstede afgedamd, waardoor er minder overstromingen plaatsvonden. Vanaf die tijd werd het gebied intensiever bewoond en bewerkt. Na de zeventiende eeuw werden door de bewoners van de landgoederen bossen aangelegd, als statussymbool, jachtgebied en voor hakhout. Daarnaast ontwikkelde zich spontaan een uniek rivierkleibos.
Rond 1220 kreeg ridder Amelis uten Weerde hier een stuk grond van de bisschop van Utrecht waarop hij een ridderhofstad bouwde. Dit gebied, dat in de loop der tijd Amelisweerd genoemd werd, werd na zijn dood door zijn kinderen in drieën verdeeld: Oud Amelisweerd, Nieuw Amelisweerd en Rhijnauwen.
Nieuw Amelisweerd heeft door de eeuwen heen verschillende eigenaren gehad, waarvan de laatste, de familie Bosch van Drakestein, het in 1963 aan de gemeente Utrecht verkocht. Tot die tijd werd de grote moestuin gebruikt om de bewoners van het landhuis te voorzien van groente en fruit. Na 1963 is de grond jarenlang gebruik als dierenweide, waarna in 1985 Tuinderij De Aardvlo het land opnieuw in gebruik nam als (biologisch-dynamische) moestuin, samen met de moestuin van Oud Amelisweerd.
In 2010 is het bedrijf opgesplitst: de tuinders van de Aardvlo zijn op Oud Amelisweerd verder gegaan onder de naam Amelis'hof en het beheer van de tuin van Nieuw Amelisweerd werd voortgezet door Tuinderij De Volle Grond.